27-01-2019

Geschreven door Steven

We stonden op na een goede nacht. Eerst even douchen. Het valt heel erg op dat veel hotels volgens mij geen wateraansluiting hebben. Ook hier weer een regen-regendouche. Dus met regenwater. Of we 2-3 minuten willen douche. Ik vind voor dit geld dat het een goede accommodatie is. De douche is ook lekker. We hebben allebei kort gedoucht en waren om 8 uur paraat voor het ontbijt. Dat werd vers gemaakt. Lekker gerooster brood met yoghurt en zaden en noten. We vertrokken om 9 uur. Maar al kort na negenen begon ik me weer ziek te voelen. Ik begrijp het niet. Ik ben groot geworden in een onhygiënisch milieu. Mijn moeder vond het normaal om vlees 10 jaar in te vriezen dus zodoende ben ik resistent geworden tegen alles. Maar ik kan ergens niet tegen. Ik moest zo nodig kakken, ik hield het niet meer. Er was ook niets in de buurt. Na drie kwartier rijden was het of wildpoepen of in de broek. Dus ik zette de auto langs de kant en stuurde Rianne weg. Ik ging op de zijkant zitten en deed mijn ding. Gelukkig hadden we genoeg natte doekjes en zakdoekjes bij ons. Ik voelde me heel vies maar wel erg opgelucht. Ik weet zeker dat het nog steeds door de vis komt. Die had ik namelijk niet uitgekotst. Ik heb een trage stofwisseling. 

We reden weer verder richting de Grampians. Wat een prachtige route weer. Eindelijk een keer iets anders. De rotsen hebben een andere kleur. Dit is geweldig. Echt een hele mooie afsluiten op een mooi reis. We besloten de bergen in te gaan en te rijden naar Boroka Lookout. Ik heb het uitzicht niet gezien wat ik voelde me vreselijk. Ik ging met spoed naar de natuur WC. Normaal had ik het aan mij laten voorbij gaan maar dit moest echt. Ik liep de invalide WC in. Maar de bril was volledig ondergezeken en bij gebrek aan stromend water ging ik dit niet kunnen fixen. Ik hing er dus maar boven en ging helemaal los. De Australische Bushfly is dol op stront dus hij vloog nog net niet naar binnen. Wat een klotesituatie. Ik voelde me vies en vreselijk. Gelukkig was er wel papier hier. Ik liep weer terug naar de auto en Rianne had inmiddels een foto van een kaart gemaakt zodat we ons een beetje konden oriënteren. Ook had ze foto’s en een paar filmpjes gemaakt. Ze had blijkbaar gezien dat je een prachtig uitzicht zou hebben bij Mt. William. Het kon mij allemaal niet roeren op dat moment. We konden allemaal nog niet inchecken. Dus we reden verder naar andere punten.

We kwamen aan bij The Balconies. Dit zijn uitstekende rotsen. Het was een complete chaos bij het parkeren. Mensen zetten elkaar helemaal vast. Uiteindelijk kon ik een plekje bemachtigen. Ik had mijn regenjas aan omdat ik nog zo verbrand was van gisteren. Dus ik had het bloedheet. Het uitzicht over de Grampians is fenomenaal. De bergen en bossen, een prachtig meer. Het is gewoon schitterend. Rianne kon dit weer wat minder boeien. We liepen een pad van slechts 1,2 kilometer. Maar zoals alles hier kunnen ze of niet rekenen, of valt het gewoon tegen. Het is heet, 32 graden met volle zon. We liepen over het pad en zagen een mooi plek om foto’s te maken. Met 32 graden vertonen de vliegen hun aller slechtste gedrag. Ze vliegen maar voorbij je oren ze belagen je echt. Maar goed we kwamen na 1000 uur aan bij het punt. Het krioelde hier van de Chinezen. Er staan hekken en borden met dat je niet over de reling mag klimmen. Het bijna onmogelijk gemaakt. Maar niets houdt ze tegen om toch eroverheen te klimmen om een foto te maken. Ik moest vermakelijk terugdenken aan dat prachtige boek Over the edge, death at the Grand Canyon. Daar staat een stuk of 200 van dit soort stakkers in. Maar goed, geen probleem. We hebben genoten van het uitzicht en konden nu weer teruglopen. Dat was relatief snel gepiept. Op de parkeerplaats stond het nu helemaal vast. 

Bij het wegrijden toeterden auto’s achter mij. Ik stond gewoon te wachten tot het vrij was om te gaan. Dus ik toeterde terug zo van, houd je bek gewoon. Ik maakte me geen zorgen maar bij Rianne brak het zweet uit. Ik moest tanken en we wilden wat eten dus we reden naar Halls gap. Ik dacht dat ons verblijf daar ook was maar dat bleek helemaal niet zo te zijn. Die toeterende auto sloeg toen af naar de andere kant. Hij blijf overigens toeteren. Volgens mij naar de auto achter mij. Hoe dan ook ze kunnen allebei mijn rug op! We kochten wel even wat proviand en gingen op zoek naar een informatiepunt. Dat bleek niet makkelijk te vinden. Ze hebben geen visitor centre van de lokale overheid of van het park. Het is een commercieel visitor centre. Dus je moet betalen voor de kaarten. Geen probleem verder maar wel opvallend. We kwamen mensen tegen die we hadden ontmoet bij The Balconies. Die hoopten dat ze naar beneden zouden vallen (de Chinezen). Ik vertelde over de Grand Canyon en over dat boek. Nu gaven ze ons een tip, ga even wijnproeven. Euh ik drink niet. Ze vroegen waar wij ons ijs vandaan hebben. De supermarkt. Want bij de ijskraam stond een rij van hier naar Tokyo. 

We reden naar Meringa Springs, ons verblijf voor de komende twee dagen. Het was niet helemaal helder waar het nu was. We reden eerst een weg op met allemaal, zoals Rianne het zo mooi verwoordde: “Mongolententen!” Dat kan niet goed zijn. Dus we reden door en daar stond inderdaad het bord Meringa Springs. Mooi. Het zag er allemaal niet zo denderend uit van buitenaf. Iets wat ik vervelend vond want ik voelde me gewoon nog steeds niet helemaal top en wilde gewoon even tot rust komen. We liepen naar binnen en een oude man deed de deur open. Hij was slecht te verstaan en we wisten ons ook geen raad met zijn aanwezigheid. Hij probeerde af en toe een grapje te maken maar verstond slecht Engels. Hij kwam uit Zwitserland oorspronkelijk. Het leek mij meer of die daar nog steeds vandaan kwamen niet al jaren in Australie woonde. Maar goed. Uiteindelijk riep hij Bea. Zij sprak met dat prachtige Australische accent perfect Engels. Overigens kwam zij ook uit Zwitserland. Ze leidde ons rond in het huisje wat toch prachtig bleek te zijn. We hadden een prachtig groot bad en een hele mooie dubbele douche. Het zag er heerlijk uit. Bea vroeg hoe laat we wilden ontbijten. Ze vroeg ook of we avond wilden eten hier. Maar de kaart gezien hebbende wilden we dat niet. Bea wilde een tafeltje voor ons reserveren bij het Cafe The Wandering niet ver van de accommodatie. Dat hoefde niet we keken wel even. Eigenlijk waren we heel moe en hadden we ook net wat gegeten. Het was toen een uur of 4. Bea heeft zelfs nog geholpen met de koffers. Echt een hele aardige vrouw. 

Toen we het één en ander uitgezocht hadden kwamen we erachter dat we eigenlijk veel eerder moesten ontbijten dan 8 uur. Dus ik ging nog even terug naar Bea. Ze was bereid om het ontbijt om 7:30 op te dienen. Ze bood ook nog aan om een kaasplankje als avondeten te regelen. Dat was heerlijk alleen was ik even vergeten wat voor Rianne te halen. Heel asociaal van mij. Maar het liep allemaal heel raar. We gingen lekker even in bad en dat was heerlijk. Het water was een beetje rood. Dat komt door een te lage druk in het waternetwerk. Hier kan je dat niet oplossen want het is heuvelachtig en de druk is in de zomer gewoon te laag gezien het wateraanbod. Logisch dus dat het rood wordt. We hebben nog wat foto’s gemaakt van de wallaby’s die op het gras achter ons huisje stonden. Toch blijven dat soort dingen bijzonder. De zonsondergang was echt adembenemend mooi. Ondanks mijn persoonlijke ongemakken heb ik toch kunnen genieten van deze dag. Het bed is niet zo relaxed hoewel wel groot. Als de een beweegt, beweegt de ander ook. 

26-01-2019

Geschreven door Steven

We moeten vandaag naar dat shabby hotel ergens tussen de Grampians en de twaalf apostelen. We namen afscheid van Lyn en gingen om iets over 10 uur ’s-ochtends weg over The Great Ocean road naar the twelve apostles. Vroeger waren er twaalf rotsen. Maar er storten er steeds meer in. Vandaag is het tevens Australia Day. De Aboriginals noemen dit ook wel invasion day. Er wordt gevierd dat de eerste vloot Sydney bereikte op 26 januari. Maar zoals altijd is er altijd wel iemand die wil zeiken, die geen levende familie meer heeft uit en de periode dat dit gebeurde (1788) en die genoeg media-aandacht weet te creëren. Enfin geen zin om me hier druk over te maken. We gaan gewoon lekker weg en zien wel waar we terecht komen. We wilde een beetje vroeg zijn zodat we de Chinezen voor zijn. Het was nog ongeveer anderhalf tot 2 uur rijden naar de Twelve Apostles. We moeten eerst door Great Otway NP. 

We stopten halverwege het park even om van het uitzicht te genieten. Maar man wat een vliegen weer. Vreselijk. Die beesten gaan we zo niet missen. We reden verder en kwamen na een uur aan bij The Gibson Steps. Mooi, leuk maar niet bijzonder. Het was al lastig om een parkeerplek hier te vinden. We maakte ons zorgen om verderop de parkeren. Toen we verder reden zagen we hordes mensen lopen. Die waren dus allemaal, of elders geparkeerd, of die liepen allemaal gewoon graag tussen de duinen. We zagen het visitor center staan en konden redelijk makkelijk een plek vinden. Dat viel mijJ. Ik had nog niet gegeten en voel me ook slecht. Toch besloot ik om even een sandwich te gaan eten. Ik nam een cappuccino en we kochten nog een souvenirtje. Daarna liepen we lekker langs de route. Je zag de formaties van kalkzandsteen. Het is leuk om te zien maar om nou te zeggen dat het me wat deed. Nee, dat niet. Rianne vond het wel heel mooi. 

Wat wel heel leuk was, was dat er een pinguïn in het gras zat helemaal beneden. Dat vond ik dan weer wel heel vet. Hebben we er toch nog eentje gezien. Een attente man bracht dat bij mij onder de aandacht. Het is moeilijk om een goede foto te maken omdat er de hele tijd vliegtuigen en helikopters over de stenen vliegen. Verder word je ook hier gek van de insecten. Er waren al behoorlijk wat blikken chinezen opengetrokken dus dat was vrij lastig. Het probleem zat hem ook in het feit dat wij om 10:00 wegreden maar zeker er nog 2 uur over deden om bij het punt te komen. Dan zit je al vol in China-time. Nouja, je moet het maar accepteren als aids. Het is er en je moet er mee leren leven… Na de nodige opnames gemaakt te hebben reden we verder naar de volgende punten. Dat waren Loch & Gorge, The Arch en een paar Scenic Look-outs zoals ze, ze hier noemen. Prachtige punten. Tot slot reden we door naar The London Bridge. Deze kalkzandstenen rotsformatie leek vroeger op de London bridge. Een gedeelte is ingestort dus nu niet meer. Ik stond even te filmen toen ik door een aantal Chinezen werd gesommeerd te vertrekken in verband met een foto. Ik zei en dacht krijg de tyfus maar. Ik sta hier ook gewoon en wil dit ook graag vastleggen. Nadat ik klaar was liep ik weg. Je zou verwachten dat bij uitstek een Chinees weet dat hij niet de enige op de wereld is. 

Ze probeerde het daarna goed te maken door een foto voor ons te nemen. Maar dan wordt er door een andere Chinees ook altijd een foto van mij gemaakt. Bijzonder irritant. Omdat het Australia Day is, is alles gesloten. Niet handig als je nog even boodschappen wil doen. Ze doen überhaupt geen ene reet op deze dag. We komen ook niet meer langs een grote plek. Het was inmiddels ongeveer 4 uur. We reden naar Peterborough om daar even te tanken. We dachten eerst van we komen verderop wel een supermarkt tegen maar dat bleek niet zo te zijn. In ieder geval niet een die open is. Dus we gingen daar een klein tentje in. Ze waren daar pizza’s aan het maken en dat zag er behoorlijk goed uit. Dus ik zei tegen Rian van laten we hier eten. Hebben we dat alvast gehad. Zo gezegd, zo gedaan. De pizza was heerlijk. We dachten dat Australiërs geen pizza konden maken maar daar zat ik naast. En wat rijk belegd ook. We hebben voor 23 euro gegeten en het was echt heerlijk. Ik bestelde een large pizza omdat ik dat thuis ook altijd heb. Maar die pizza was zo groot dat ik hem onmogelijk op kreeg. Zelfs niet voor de helft. We liepen naar de overkant en kochten de noodzakelijk dingen zoals wat fruit en wat lekkers. Morgen hebben we als het goed is ontbijt dus we hoeven wat dat betreft niets mee te nemen. Hierna vervolgen wij onze weg richting Darlington. 

Onderweg zat je echt in niemandsland. Heel af en toe kwam er een tegenligger. Ik was blij dat de wegen verhard waren. Hoewel het merendeel van de tijd je over een eenbaansweg reed waarbij je allebij aan de kant moest als er een tegenligger komt. Verder geen probleem. We kwamen aan bij het hotel. Het was zo’n beetje het enige gebouw daar. Het zag er prima uit. We werden binnengelaten door Karin. Een aardige vrouw op leeftijd. Ze vertelde dat het hotel het oudste hotel uit Victoria is. We hebben een gedeelde badkamer en WC. Ze wilde niet al te veel wijzigen aan de indeling van het oorspronkelijke hotel. Sinds 1842 bestaat het hotel en heeft het een licentie om drank te verkopen. Het heeft wel veel karakter. Het bed is voor de verandering een keer lekker op lengte dus ik pas erin. Wij waren afgepeigerd van het vele rijden. Je moet er toch niet aan denken dat we nog 2 uur naar Grampians hadden moeten rijden. Dit was het oorspronkelijke idee. Ik kwam erachter dat ik flink verband was. We liepen naar beneden om de tassen te pakken. We hadden het zo ingedeeld dat we maar 1 tas nodig hadden om alles in te regelen. Maarrrr, we werden uitgenodigd bij vrienden van Karin, Dominico en Jane. Ik was dit keer niet bereid om dit te laten schieten. Dus we gingen er lekker bij zitten. Hoewel Rianne er eigenlijk geen zin in had. 

Dominico heeft een bedrijf dat ontwerpen maakt voor theatervoorstellingen en films. Hij is creatief. Jane is ook creatief. Ze heeft tig banen gehad waaronder kok bij een onderzoeksschip bij het Great Barrier Reef, schilder, kunstenaar, actrice en kok in een restaurant. Het zijn leuke mensen en we hebben heerlijk zitten praten. Het bleek een politieke dag te worden. Ze begonnen te vertellen dat de recente storting van 500 miljoen AUD aan een stichting die het rif gaat herstellen belachelijk en te laat is. Dominico zei over de huidige premier:”It’s such a hillbilly, red neck, right winged fascist”. Goed, de toon is gezet. Ik wilde erover beginnen dat fascisten over het algemeen sociaal-nationalistisch zijn wat toch echt en linkse stroming is maar goed, I don’t want to ruffle any feathers. Creatieve mensen zijn vaak (s)links dus ik liet het maar gaan als rechtse fascist. De kogels komen altijd van links dus laat ik maar stil zijn haha. Verder hebben we het gehad over ondernemen en kwaliteiten van het leven. Jane gaf me nog een compliment over mijn Engels. Ik voelde me vereerd. Rianne had moeite het te volgen. Het kost haar veel energie. Wat ik ook begrijp. Australiërs praten best snel. Dus dat is ook niet niets. We namen afscheid en gingen onze spullen halen. Karin vroeg hoe laat we het ontbijt wilde. Euh 8 uur? Dat was blijkbaar erg vroeg. 

Het gezelschap ging eten en wij gingen naar de kamer. Brabantse nachten duren lang maar Victoriaanse nachten blijkbaar ook. Ik heb prima geslapen, morgen de Grampians.

25-01-2019

Geschreven door Steven

De vakantie komt tot een einde. Ik zit met een raar gevoel. Aan de ene kant mis ik thuis. Ik mis alle gemakken. Ik mis de uitdaging van mijn werk. Aan de andere kant vind ik het zo fijn hier. Australië is een mooi land. We hebben zoveel gelukkige momenten. Als je dan ’s ochtends de gordijnen open doet en je ziet de Indische Oceaan met een strak blauwe lucht. De bomen en de bergen. Het is gewoon heel fijn hier. We doen de vetste dingen. Ik wil niet weg en ik wil weg. Het is een raar gevoel. Vandaag wordt het ruim boven de 40 graden. Niet echt weer om actief te zijn. We lopen wat achter met de blog dus we besloten dat maar te doen. Het ontbijt is wat karig. Er zitten 4 boterhammen in 1 zakje. Die kun je roosteren. Maar wat je erop moet doen? Ik heb besloten om het enige “beleg” wat er is erop te doen en dat is boter. Die overigens lekker is. Ik besloot ook het geconserveerde fruit te proberen. Wat goor was dat. De kwark was ok. De koffie niet te zuipen. Ze hebben hier of Nespresso of ze hebben een glazen potje met een soort filter onderin. Je doet de koffie onderin en sluit de filter soort van. Maar dan kan niet helemaal anders kan je er geen heet water bij gooien. Dus dan ontsnapt er koffiepoeder. Gadverdamme wat een bocht. Er was geen koffiemelk dus het was lastig. De jus was aangelengd met water evenals de melk. Nee het ontbijt krijgt een dikke onvoldoende. 

Ik had nog wat fruit dus dan at ik dat maar. Het was buiten al bloedverziekend heet dus wij zaten binnen. Je hebt een airco in de woonkamer maar geen stopcontacten. Dus je moet op de slaapkamer gaan zitten. Die zitten naast elkaar maar gescheiden met een wand. Dus dat betekend dat er geen koude lucht via de woonkamer de slaapkamer in komt. Het is zeer oncomfortabel. Dat gezegd hebbend is het verder prima te doen. Het bed licht goed en we hebben het verder fijn. Rianne voelt zit wat minder maar dat komt ook door de warmte. We zijn lekker verhaaltjes aan het typen en Rianne maakt een filmpje. Prima om zo een keer een dag door te komen. Er valt hier toch niet al te veel te zien. We keken nog even naar de route van morgen en beschouwen dit ook gewoon een beetje als een off-day. De dag vorderde en we besloten de tweede tip van Lyn te volgen. De Fish & Chips van de CO-OP Fishermen Warf. Top lekker een kibbelingetje dat gaan we doen. 

Zo gezegd zo gedaan. Ik bestel een flinke dosis vis en patat en rij naar de huisje. De vis was echt goor. Ik had een hele hap vet, oranje van kleur, in mijn mond. Ik had het uit moeten spugen. De friet was niet te vreten. Dit moet kabeljauw zijn? Echt te goor. Het enige wat goed was waren de inktvisringen. Je kan inderdaad merken dat we normaal gesproken varkensanussen eten in Nederland. Dit smaakt anders en de structuur is anders. Dus dat verhaal van dat er niet genoeg inktvissen zijn om 1 dag alle inktvisringen te faciliteren klopt denk ik wel. We gingen slapen. Ik werd om iets over 12 uur wakker. Ik voelde me kotsmisselijk. Rian zei van joh ga even zitten. Ik voelde de kots omhoog komen. Vreselijk. Ik ben naar de badkamer gerend en heb alles eruit gegooid in de wasbak. De WC vind ik te goor hier. Overigens spoelt dat ding nu niet meer goed door. Het kwam er met veel geweld uit. Ook toen mijn maag al leeg was. Ik heb mijn tanden gepoetst en ben weer naar bed gegaan. Daarna nog 2 keer wakker geworden met hetzelfde gevoel. Ik ben maar blijven liggen. Slechtste tip ever!

24-01-2019

Geschreven door Steven

We stonden redelijk vroeg op omdat we echt wel veel wilden doen. Ik had even ontbeten en gedoucht. We pakten snel alles in en weg voordat dat mens wakker wordt. Los van een eventuele confrontatie wilde we sowieso vroeg weg. Ik had echt prima geslapen maar had ook wel graag verder geslapen eigenlijk. We moesten om 10:00 weg zijn maar waren om 9 uur al bij Bells Beach. Dat is echt een prachtig strand. Wilde golven. Echt ruig. We waren zeker niet de eersten. Wat er lagen al surfers in het water. De golven waren niet hoog genoeg om even lang te surfen maar sommige hielden het toch een paar seconden vol. Wel leuk om te zien. We hebben gegeten op een bakje uitkijkend op het strand en de Indische Oceaan. Zo leuk. We hebben nu alle oceanen van dichtbij gezien. Ik noem de Arctische Oceaan geen oceaan eigenlijk, dat hoort gewoon bij de Atlantische Oceaan. 

We reden vervolgens door naar de vuurtoren van Split Point. We zaten toen al een tijdje op de Great Ocean Road. Eenmaal daar aangekomen waren we een van de eersten. Het was nog lekker vroeg en niet super warm. Die vuurtoren was wel mooi maar niet heel bijzonder. Tenminste dat vond ik. Wat wel heel bijzonder was, is het uitzicht. Mijn God wat mooi. Er stond een bankje. Ik ben daar even op gaan zitten. Ik liet het landschap op mij inwerken. Ik vind het zo mooi. Rianne vind het gewoon water, strand en heuvels. Voor mij is het meer. Ik vind het echt heel mooi. Ik kan hier uren naar kijken. Prachtig werkelijk. Het is ook weer zo’n ander landschap dan wat we eerder gehad hebben. Het strand bestaat voor een groot deel uit rotsen. Dat is nieuw. Het is weer lekker groen gelukkig. Daar ben ik ook blij om. Met dat verdorde landschap ben ik wel klaar. We liepen weer terug. Inmiddels was het heel druk geworden hier. 

Onze volgende stop is bij Eastern View. Hier is het oorspronkelijk startpunt van The Great Ocean Road. Deze weg is aangelegd door de troepen die terugkwamen van de Eerste Wereldoorlog. Er staat een soort poort waar je onderdoor rijdt. We leerde dat dit al de derde poort is. De eest heeft er een jaar of 60 gestaan. Toen werd de weg verbreed. De tweede poort stond er een jaar of 30 maar brandde toen af. Dit is dus het derde exemplaar. Het was overspoeld door Chinezen die op onverklaarbare plaatsen op de foto moesten. Ik had zo’n zin om in zo’n busje te gaan zitten en peace te roepen met twee vingers. Uiteraard vergezeld door selfie stick. We stonden gelukkig helemaal aan het begin. Er kwam een bus vol met Aziaten die de hele doorgang belemmerde. Ongelooflijk. Dit gaf ons wel een goede reden om bij de inrit eruit te rijden en onder de poort door te kunnen (terwijl er een politieauto voorbij reed). Overigens was dat ook ons initiële idee 😉

Toen wij dat deden had Rianne de GoPro uit de autoruit. Echt zo geweldig we reden de politie voorbij maar werden niet langs de kant van de weg gezet. De route zette zich voort in een bochtige weg door bergachtig landschap. Ik begrijp zo goed waarom dit The Great Ocean Road heet. Het is ook gewoon echt geweldig. Zulke mooie landschappen. Soms zie je huizen tussen de bomen met niemand om je heen in de bergen. Dat lijkt me heerlijk en gevaarlijk. Dat gevaar komt van de bosbranden. Je ziet de resultaten nog onderweg. Veel bomen zijn grijs en verband. Je ziet wel weer nieuwe natuur ontstaan. Er is zeker een bosbrand geweest. Zonde echt. We besloten door te rijden naar onze verblijfplaats voor de komende twee dagen. We waren daar veel te vroeg. Dat zei de eigenaar ook. We moesten nog een uur wachten.

Hier zie je ook het belang van de eerste indruk. Ze zei het een beetje onhandig/onvriendelijk. Dat zal vast een reden hebben. We reden terug naar Apollo Bay en gingen de winkeltjes af. Rianne heeft een ijsje gegeten. We keken even bij de plaatselijk makelaar of er nog wat tussen stond. Maar met een vanaf prijs van 1,5 miljoen AUD had ik het wel gezien. We reden verder naar naar Marengo. Daar stonden we even bij een wild strand te kijken. Je kan hier niet even rustig dobberen. De golven zijn echt veel te hoog. Toch is het bijzonder om het te zien hoe helder het water is. Ik bedoel als je naar de Noordzee kijkt zie je niets dan gauwigheid. Maar hier zie je de vissen zwemmen. Inmiddels was het ongeveer anderhalf uur verder en besloten we lekker naar het appartement te rijden. 

Lyn kwam gelijk aangelopen. Ze hard daarstraks verteld dat ik mijn auto anders moest neerzetten in verband met de komst van een Aziaat. Dat vond ik raar maar ik heb het gedaan. Het eerste wat ze zei was dat ze bang was dat ik nog verder naar achteren moest. Ik dacht komt oempa loempia hier parkeren ofzo? Lyn zei dat Aziaten geen geld hebben in hun eigen land voor een auto en dat ze overal tegenaan rijden omdat ze gewoon geen rijervaring hebben. Daarnaast is het zo dat je een rijbewijs gewoon aanvraagt in China zonder te kunnen rijden. Verder rijden ze gewoon door als ze je auto in puin achterlaten. Bedankt voor de tip zal ik maar zeggen. Lyn was nu heel erg aardig. Ze vertelde waar alles stond en wat er in de buurt te doen is. Ze vertelde ook dat er een koala in de boom zat tegenover het huis. Ze gaf ons vogelzaad zodat we de vogels over ons heen kunnen laten lopen. Het is een hele aardige vrouw. 

Lyn vertelde over een goede Italiaan in de buurt. Nu zeg ik al een paar weken tegen Rianne dat ik zo graag Spaghetti Carbornara wil eten. Dus dat komt mooi uit. Er was een strak blauwe lucht dus we besloten lekker de ligbedden neer te leggen en te gaan zonnen. Lekker muziekje aan en genieten van de vakantie. Daarna zijn we naar de Italiaan geweest. Die zat verstopt achter de boulevard. Rianne zei al dat hier waarschijnlijk weinig toeristen zullen zijn. We keken naar de kaart en daar stond kangoeroe op. Ik dacht:”Tja, kangoeroe krijg ik in Nederland niet te eten maar ik heb zo’n zin in Spaghetti”. Uiteindelijk heb ik toch gekozen voor de kangoeroe. Rianne nam een pizza. Terwijl wij aan het wachten waren kwamen er Chinezen binnen. Ik vind het spelletje wat zij spelen altijd zo ongelooflijk dom. Ik bedoel je kunt een slechte acteur zijn of je bent een Chinees. De Chinezen waren een ijsje aan het eten terwijl ze naar binnen gingen. Dat is natuurlijk idioot. Dus ze werden naar buiten gestuurd. Dan kijken ze die ober aan en doen ze net alsof ze haar niet begrijpen. Maar wel de kaart lezen en kunnen bestellen. De ober nam er geen genoegen mee en uiteindelijk werden ze naar buiten begeleid om later terug te keren als ze klaar waren met eten. Echt zo achterlijk. 

De kangoeroe was lekker. Het was wat stugger dan een normale biefstuk. De pizza van Rianne was ook lekker. Daarna een toetje gegeten. Rian keek uit naar het toetje maar het was niet zo lekker. Tenminste die van mij viel tegen. Het was wel fijn om weer een keer in een normaal restaurant te zitten. Eentje waar je niet zelf moet bestellen bij een counter. Een geslaagde tip dus. We reden terug naar het huisje. Daar zijn we naar de koala gelopen. Die was inmiddels wakker. Als ze bewegen lijken het net apen. Het beestje springt van tak naar tak. Echt geweldig. Vogels hebben we niet gezien. Nu lekker gaan pitten.

23-01-2019

Geschreven door Steven

We moesten vroeg opstaan. Gisteren had ik aan de zus van de eigenaar gevraagd hoe lang het rijden is naar Devonport. Dat kost dus ongeveer 3 uur volgens haar. Maar let op wat er zijn wegwerkzaamheden. “A lot!” Dus de wekker ging om 5 uur. Lekker hoor. Snel douche ontbijten en de koffers inladen. Wat we vliegen vandaag weer naar het vaste land van Australië. De koffers inpakken is een hele uitdaging. Ik heb zoveel meegenomen en niet eens allemaal aangehad. Ik weet zeker dat ik dit nog de rest van mijn leven te horen krijg. Maar goed het moet wel gebeuren. Ik had gisteren mijn koffer al grotendeels gedaan. Dus dan moeten de tassen en de koffer van Rianne nog. Er komt ook altijd meer bij mijn koffer (wat logisch is). Het liep allemaal heel voorspoedig. Om 8:15 reden we weg. 

We moesten eerst door de bergen. Wat een kutbochten allemaal zeg. Er waren inderdaad veel wegwerkzaamheden. Maar toch is het rijden dan wel leuk. Alleen als je moe bent moet je oppassen. Dus dat doe ik ook. Je bent onbekend met die situaties. Het vreet dan ook echt energie. Uiteindelijk kwamen we op een snelweg. Na ongeveer 2,5 uur rijden reden we Deloraine binnen. Dit is het plaatsje waar we in het begin ook naar de Woolworths zijn geweest. We parkeerde bij een bakkerij. We bestelde een broodje en warme chocolademelk. Ik had een cappuccino besteld. De broodjes kregen we gelijk maar op de drank moesten we even wachten. Het was heel heet en ik begon me een beetje zorgen te maken dat we niet te laat zouden komen. Dus wij werken alles snel naar binnen en liepen terug naar de auto die we illegaal bij de Subway’s neer hadden gezet. Customer parking only. Ach ik ga in Nederland wel eens naar de Sub dus zoek het maar uit 😉

Ik reed door naar de pomp en dan gebeurd er iets wat ik in Nederland ook wil. Een dude vraagt aan je hoe vol die moet. Dus ik zeg zo vol mogelijk. Aangezien we onze auto ook niet helemaal vol kregen dacht ik, we moeten nog een stukkie en dat spaart weer geld uit. Dikke vinger. Dus hij tankt hem vol Ik ging even naar het toilet en ik kon gelijk betalen en wegrijden. Heerlijk toch. Schone handen en nog eens tijdswinst ook. Ik weet niet of je die gasten een fooi moet geven. We reden de laatste 45 kilometer naar de “luchthaven”. Ik wilde eigenlijk een filmpje maken voor het thuisfront om te laten zien hoe klein de luchthaven van Devonport is maar daar had ik geen energie meer voor. Maar de gemiddelde voetbalkantines is groter. We liepen naar Arrivals wat ongeveer 1 minuut lopen is en gaven de sleutel af. We haalde de auto op met 26.050 kilometer. We leverden hem weer in met 27.570 kilometer. Dus we hebben 1.520 kilometer gereden. Dat is toch weer goed voor een reis van ons huis naar Barcelona. In totaal hebben we nu 3.326 kilometer gereden.  

Die moest je dus gewoon in een bakje doen. Daarna liepen we 1 minuut naar Departures om in te checken. Alleen stond er nog niemand. Onze vlucht had vertraging. Een half uur. Het was wel een mooie gelegenheid om even de koffers te wegen voordat er iemand stond zodat je zonder gene eventueel nog wat kunt overhevelen. Maar ze waren allebei onder de limiet dus dat was mooi. Toen de incheckbalies open waren hebben we de bagage incheckt. De vrouw achter de balie deed nog even moeilijk over het gewicht als in je moet extra betalen. Maar dat heb ik afgepoeierd dus mochten ze gratis mee. Wat ook initieel de afspraak was. We zaten te wachten in de “vertrekhal” toen er een vrouw achter een ruit ging staan. Haar zoon, denk ik, kwam met zijn gitaar aanzetten. Hij was alleen zijn paspoort vergeten. Wat een lul ben je dan. Dus zij loopt gewoon terug langs de security naar haar zoon. Die gast achter de balie lachte zich kapot. Ik ook trouwens. Die moeder was echt boos haha. Hij dronk zijn McDonald’s drankje nog even op en liep toen langs de security. 1 ding is zeker als je kwade bedoelingen heb, ben je hier aan het goede adres. 

We gingen in het propellervliegtuig en vlogen terug naar Melbourne. Toen we daar aankwamen hadden we de koffers snel in handen. Vervolgens naar de balie van de huurauto’s. Ze waren aan het verbouwen bij Europ Car. Maar er stond een gast die de weg naar de tijdelijke balie wees. Dus ik gaf hem mijn koffer en duwde die van Rianne verder. Mooi hoef ik geen twee koffers te doen dacht ik. We dachten privileged members te zijn. Aangezien dat op de voucher stond. Dat bleek niet zo te zijn dus we liepen naar, wat het leek als een veldhospitaal, toe om de auto op te halen. We kregen de sleutel van een rode Mitsubishi Outlander. Wat een kleine auto. De koffers passen niet naast elkaar en de stoelen kunnen helemaal niet ver naar achter. Wat zal het fijn zijn als ik weer in mijn eigen auto rijdt. 

Snel deze vreselijk drukke stad uit dachten we. We reden weer langs Holiday Inn. Wat een gribus is het nog steeds. Daar kijken we niet naar uit. De wegen zijn hier veel saaier. Maar ik vind het wel fijn. Ik ben zo moe. Het rijden valt me zwaar. Als je in Nederland langer dan een uur onderweg bent vind je het al een kuteind. Nu ben ik gewoon al vele uren aan het rijden. Na ongeveer een uur of 2 kwamen we aan bij ons verblijf voor de nacht. Desa retreat. We voelden ons niet heel erg welkom. Ik denk dat we niet het soort mensen zijn die ze normaal verwacht. Ze is nogal zweverig. Toen we boekte zagen we dat het bij Expedia veel voordeliger was dan via de andere platforms. Dus wij boekte uiteraard via Expedia. Ze zei toen al dat het eigenlijk te goedkoop was en dat de prijs verkeerd was bij Expedia. Maar ik heb nu eenmaal dit betaald en het is dus eigenlijk jouw fout. Ik kan er niets aan doen dat jij de verkeerde prijs neerzet. Het was uitgepraat dacht ik

Maar die avond kregen we een rekening opgestuurd dan we nog wat moesten betalen. Ik had echt zoiets van zoek het maar uit. We reden nog even naar een supermarkt voor de nodig spullen want we hadden geen ontbijt. Wat een villa’s onderweg zeg. Geweldig. Het hout is er ook zo mooi. Echt geweldig. We gingen weer terug naar boven en vielen eigenlijk snel in slaap. 

22-01-2019 – St. Helens dag 3

Geschreven door Rianne

Vandaag zijn we om 08.00 uur vertrokken richting de Lavendeltuin (Bridestowe Lavender Estate). We willen daar zijn zodra het opengaat, aangezien we niet tussen al die toeristen willen staan. We waren dus vroeg uit de veren. Onderweg zagen we weer enorm veel dode dieren liggen op de weg. Als je hier in Tasmanië rijdt, rij je eigenlijk over een kerkhof van overleden dieren. Echt te zielig (en af en toe smerig) om te zien. Hoe moeilijk is het om iets minder hard te rijden?! Vooral bij zonsopkomst en zonsondergang. Als je gewoon normaal rijdt, zie je ze al zitten en weet je dat ze voor je auto willen gaan. Het is echt sneu en veel erger dan op het vaste land van Australië. Maar dat kan er ook mee te maken hebben dat ze daar opgeruimd worden en dat ze hier er geen zin in hebben. Tasmanië ziet er nou eenmaal armer uit dan het vaste land. 

In de verte zagen we een groot dier langs de kant van de weg staan. Eenmaal dichterbij bleek het een koe te zijn die uit het weiland is ontsnapt. Hij staat alleen heel ongunstig bij een scherpe bocht. Toch maar even spookgereden om er langs te kunnen. We rijden op smalle bergweggetjes met veel bochten. Het beperkt aantal auto’s die we tegenkomen houden hun baan niet aan, waardoor het af en toe schrikken is bij zo’n scherpe bocht. Uiteraard komen we later aan dan het tijdstip wat Google aangaf. Er staat wel leuk langs de weg dat je 100 mag rijden op die haarspeldbochten, maar ieder welkdenkend mens weet dat die dan in de afgrond eindigt. Bij de ingang van de lavendeltuin staat een oud serieus vrouwtje. Ze vertelt allemaal dingen en kijkt vrij ernstig. Allemaal leuk en aardig, maar we willen zo snel mogelijk foto’s maken.

De lavendeltuin zag er niet zo mooi paars/lila achtig uit zoals op de foto’s op internet. Die mevrouw waarschuwde ons daar ook alvast voor, zodat we niet teleurgesteld waren wat we eigenlijk alsnog waren. We hadden dan iets eerder in het seizoen er moeten zijn. Lang leve Photoshop om de lavendels de kleur te geven die het in het mooiste seizoen moet zijn. Het is een grote tuin, eigenlijk een boerderij, met alleen maar lavendels die ingedeeld staan in lange rijen. We liepen snel naar een rustigere plek om de foto’s te maken. Maarja, dan moet je wel tussen al die smalle paadjes lopen. Het ene na het andere insect kwam omhoog zetten. Steven werd helemaal gek. In de brandende zon hebben we foto’s gemaakt. Heel stom hebben we ons niet ingesmeerd, wat een beetje door mij kwam. Ik dacht anders staat alles zo te glimmen op die foto en hoeveel kwaad kan een ochtend zonnetje nou doen? Nou veel dus. Lekker verbrand natuurlijk.

We werden de insecten zat en liepen weer terug naar het begin. We kwamen tot de ontdekking dat onze schoenen erg smerig waren geworden. Ik begon met witte schoenen en nu door die tuin zijn ze oranje geworden. Echt alles zat onder het oranje stof. Om een beetje af te koelen wilde ik wel een ijsje. Ze staan bekend om hun lavendel ijs. Zo kan je puur lavendel ijs nemen, wat een lila kleur heeft. Die pure smaak durfde ik niet aan, dus nam een honing-lavendel-ijsje. Die was op zich wel lekker. Steven die wilde geen ijsje en was er helemaal klaar mee. Dus we gingen maar terug naar St Helens. Overdag hebben we koel in het huisje gezeten. We besloten om vroeg te gaan avondeten, zodat we in de avond naar de Bay of Fires konden gaan bij zonsondergang. Steven had een hamburger met ei gekookt.

De reden dat we naar St Helens zijn gegaan, was omdat ik graag de Bay of Fires wilde zien. Je ziet enorm veel mooie foto’s op internet van de zonsopkomst/zonsondergang. Ik wil natuurlijk ook zo’n mooie foto maken. Op internet had ik via Google Street View het beste plekje opgezocht zoals op de foto’s. Het is namelijk erg groot daar. Eenmaal aangekomen zag het er mooi uit, maar daar is eigenlijk ook alles mee gezegd. De zonsondergang was een dom idee, omdat de zon volop in de cameralens schijnt. Die internetfoto’s waren dus bij zonsopkomst gemaakt. Het was dan ook een gok.

Bij de vuur rode/oranje stenen kwamen we de ‘dorpsgek’ tegen. Hij vertelde dat we op het mooiste plekje van de Bay of Fires stonden. Het plekje had ik dus maar mooi gevonden. De man vertelde een grappig verhaal wat Steven in het filmpje hierboven droog zal navertellen. We hebben nog even genoten van het uitzicht en de zonsondergang. Morgen vliegen we terug naar Melbourne om onze reis te vervolgen naar de Great Ocean Road. 

Lekkere rooie koppen

21-01-2019 – St. Helens dag 2

Geschreven door Steven

Het voelt een beetje als Nederland op dit stukje. We slapen op een boer zijn grond en kijken uit op de koeien, maar alleen dan met een mooier uitzicht. Toch wel slim dat boeren een aantal huisjes op hun grond zetten en het vervolgens verhuren. Wat moet je anders met zoveel grond toch. Het was vandaag eigenlijk de bedoeling om naar het Nationale Park Ben Lomond te gaan. We kwamen er alleen achter dat we een enorm stuk over een onverhard pad moeten rijden. Daar beginnen we niet meer aan. Rianne voelde zich niet zo lekker en we hadden niet echt zin om iets te ondernemen vandaag. We zijn moe en hebben er even geen zin. Het is buiten warm. We hebben vandaag dan ook niet veel gedaan. 

Afgelopen nacht is mijn pakketje gesorteerd en onderweg naar aflevering. The Mussel Boys hebben het met een expres-post verzonden. De grap is dat het Australian Post heet maar het ziet er 100% uit als DHL. Om 10 uur stond er dat het afgeleverd was. Dus ik liep gelijk naar de ‘receptie’. Gelukkig zat er daar een dame en die vertelde van joh loop lekker naar de brievenbus aan het begin van de weg en pak het eruit. Dus dat heb ik gedaan. Ik kwam de man van die vrouw tegen. We hebben lekker zitten praten. Hij zei: ”You should go to Binalong Bay”. Ik zei dat het te warm was en dat we wachten tot de UV-kracht een beetje gedaald is. Toen zei hij: ”Ooh right that’ll be tonight then”. Haha prachtig. Na een heel stuk naar beneden gelopen te zijn zag ik het pakje liggen. Wat een bevrijding haha. Ik geef toe, ik ben verslaafd/afhankelijk.

We hebben de rest van de dag niet heel veel meer gedaan. Ik heb kipspiezen (skewers) gemaakt. Dat gaat slecht met slechts 1 pan. Ik heb nog wat paprika’s bereid in een steelpan. Het is behelpen maar het was wel lekker. Op het nieuws hoorden we dat St. Helens vandaag het heetste plekje was van Tasmanië met 35 graden. We zijn uiteindelijk maar weer vroeg naar bed gegaan om deze dag te vergeten. Hieronder nog wat foto’s van het uitzicht bij de ‘villa’. 

Eendenvijver met veel muggen
Uitzicht op de koeien en de kleine haven

20-01-2019 – St. Helens dag 1

Geschreven door Steven

We hadden goed geslapen in de B&B. Dat kwam ook omdat we gewoon heel moe waren. We moesten om 11:00 uur de kamer uit zijn. Dus dat betekent ook dat we pas om 11 uur weggaan. Want een keer rustig aan doen is ook wel fijn. We hebben lekker gegeten en de spullen gepakt. Het was de bedoeling om even naar The Wineglass Bay te gaan. Dit is een strand wat in de vorm van een wijnglas is. Mijn moeder had een vriendin die een drankorgel was. Dit zou een prima activiteit zijn geweest voor haar. Het was heet. Een graad of 30 met een strakblauwe hemel. We kwamen erachter dat het strand zelfs nog langer lopen is dan het uitkijkpunt. Het uitkijkpunt is al 45 minuten lopen. Er is nergens een parkeerplek en dan moeten we ook nog eens anderhalf uur lopen in de brandende zon. We besloten er vanaf te zien. Op onze weg naar dit nationale park (Freycinet) hadden we ‘Sleepy Bay’ zien staan op een bordje. Het was in ieder geval een stuk rustiger en dichterbij want we kunnen het water al horen. 

Dus ik haal het badlaken van Rian uit de koffer en we denken even af te koelen aan het strand. Na een flink stuk omlaag gelopen te hebben zagen we het water. Onderweg naar beneden zagen we verschillende mensen die hijgend als een postpaard omhoog liepen. Maar toen we bij het uitkijkpunt stonden zagen we geen strand. Rianne baalde al dat ze op haar slippertjes liep. Er stond ook alleen Bay dus in principe is het onze eigen schuld. Toch was het prachtig om te zien. Echt ongerepte ruige natuur. We maakten een paar foto’s terwijl we de insecten probeerden te vermijden. Dat is hetgeen mij het meest tegenvalt van Tasmanië, al die klote vliegen en muggen. Veel en veel erger dan het vaste land van Australië. We namen de steile klim naar boven om weer terug te lopen naar de auto. Net zo hard hijgend als de andere mensen kwamen we aan bij de auto. Inmiddels werden we omringd door vliegen en muggen die je pakte waar ze je konden pakken. Wat een kutinsecten. 

We besloten uit het park te rijden en richting ons verblijf voor de volgende 3 dagen. Dit is een “villa” in St. Helens. We moesten ongeveer een uur of 3 rijden. Onderweg kwamen we langs allemaal idyllisch stranden en kustlijnen. Geweldig om te zien. Het grappig is dat toen we bij Haycock Point waren, we voor het eerst zo’n strand zagen. Inmiddels zijn we het wel een beetje gewend. Desalniettemin blijft het gewoon prachtig om te zien. Zeker als je de enige bent op zo’n strand. In Nederland is het vechten voor een plekje op het strand. Maar hier ben je gewoon bijna alleen. Wat ook opvalt is dat elk strand een bord heeft met de te verwachten gevaren. Dat is best goed. Bij een strand waar we even stil stonden was een stel aan het zwemmen. Maar we zagen verderop riptide (muistroom). Je ziet het water gedeeltelijk terugstromen in de zee. Als je daarin zit ben je de lul. Maar die mensen zaten er nog wel een stukje vandaan. Bovendien waren ze naakt dus ze zoeken het maar uit. 

We reden een plaatsje binnen met een bakkerij. Ik was zelf misselijk van de medicijnen maar Rianne had wel trek. Ze kocht een croissant voor haarzelf en voor mij twee avocadobroodjes en een cappuccino. Ik ben hier weer helemaal hooked geraakt aan koffie. Dat moet ik in Nederland maar weer even afbouwen. We reden weer verder in de heerlijke zon richting St. Helens. Ik vind rijden in Nederland altijd zo saai en vervelend. Maar hier met weinig verkeer en de vele bochten is het wel leuk. Een ding is wel hetzelfde en dat is iedereen schijt heeft. Je komt een bord tegen dat auto’s met aanhangers niet verder door moeten rijden. Uiteraard heeft iedereen daar schijt aan. Uiteindelijk kwamen we bij een tijdelijke brug met allemaal losse houten balken waar je maar met 1 auto op mag rijden. Dat is dus de reden dat dit een doodlopende weg is voor auto’s met aanhangers. Waarschijnlijk houdt de brug het wel maar dat is dus de reden. Niet dat 1 caravan zich er ook maar wat van aantrekt. 

Toen we St. Helens binnenreden reden we eerst voorbij ons verblijf ‘Pelican Point Sanctuary’. Je moest omhoog rijden en dan was je er. We maakten kennis met de eigenaar en kregen de sleutel. Het is echt een prachtig huisje. Het beste huisje van het park. Maar het is rolstoelvriendelijk. Dat was onverwachts. Achteraf gezien natuurlijk niet wat het stond er gewoon bij. Maar Rianne kon kiezen tussen twee van dit soort huizen voor dezelfde prijs, dus die dacht ik pak de grootste van de twee. Ze had er alleen overheen gelezen dat het voor invalide mensen is. Dit is het eerste huisje met inductie. Heerlijk gewoon weer zoals thuis. Al die andere huisjes hadden keramisch wat gewoon klote is. We hebben wat noodzakelijk dingen in de was gedaan want je mag hier wassen en zijn toen naar de supermarkt in het dorp gereden. Ik mis de kaas van thuis. Die afschuwelijk cheddar “kaas” komt mijn neus uit. Ze weten echt niet wat kaas is hier.

We kochten proviand om 2 dagen te kunnen koken. Maar de hele supermarkt rook naar gebraden kip. Ik kan dat gewoon niet weerstaan. Dus hup die kip in een tasje, dat is ons avondeten. Het is eigenlijk het snacken wat we thuis weleens doen. Je eet het en daarna heb je spijt, haha. Maar het was wel lekker. Ik zei nog tegen de dame achter de balie: ”Ik zou hier niet moeten werken want dan eet ik elke dag kip”. Ze beaamde mijn angst. We reden weer terug en haalden de was uit de wasmachine. Ik zag toen pas dat ik een programma van 15 minuten moet kiezen in plaats van een uur vanwege de watertank. Ach, dan is het tenminste een beetje schoon. In 15 minuten kan een was toch niet schoon worden? We hebben voor zonsondergang nog een ijsje gegeten op de veranda. 

De hemel was helder en de maan kwam op. De grote maan viel ons op. We besloten dit vast te leggen met de GoPro. Het werd zo fel. Het gaf echt veel licht. Na 1,5 uur hebben de timelapse gestopt. Ik werd in die korte periode helemaal kapot gestoken. Maar wat een toeval. Want wat bleek. Dit was de super maan. In het noordelijk halfrond ontstond later die dag een bloedmaan in combinatie met een super maan. Wij wisten dat niet. Echt grappig. We deden de gordijnen naar beneden toen we ineens een super grote spin zagen wegkruipen. Daar stond ik daarstraks nog zonder mij zorgen te maken. Wat vreselijk. Toch hebben we echt een geweldige dag gehad. 

19-01-2019 – Tasman Island

Geschreven door Steven

Vandaag zijn we redelijk vroeg opgestaan. We gaan vandaag 3 uur varen op een boot richting Tasman Island (niet te verwarren met Tasmania). Onderweg zullen we bij een aantal bezienswaardigheden stoppen. Tegelijkertijd moeten we ook uitchecken. Dus spullen opruimen en het huisje uit. Ik had wat fruit schoongemaakt om te eten op de boot. We gingen vijf over negen weg. Het was slechts 10 minuten rijden. Eenmaal aangekomen daar werd bevestigd dat degene die van het dichtstbij moeten komen altijd de laatste zijn, want wij waren de laatste. We gingen vervolgens met een bus en 40+ mensen richting de haven. Ik had er wel zin in en Rianne ook. We hadden drie lagen kleding aan. Sommige mensen waren in een korte broek en een T-shirt. Echt zo verschrikkelijk dom. Vooraf werd al gewaarschuwd dat het koud is op de boot. De dame van de organisatie vertelde dat het meestal 10 graden afkoelt. Dus dan is het een graad of 14. 

We voeren zachtjes weg met de boot. Even uit de haven deelde de stuurman pilletjes uit tegen de wagenziekte. Die naam vind ik in het Nederlands ontzettend slecht want in het Engels heet het Motion Sickness wat veel logischer is. Daarna ging de buik erin. Ik wist van Amerika dat ik inderdaad wagenziek wordt. Dus als je dan in een golf een meter of 2 a 3 naar beneden valt krijg ik het heel benauwd. Vreselijk alles blokkeert. Maar als je je ogen dicht hebt, heb je nergens last van. We zaten in het midden van de boot waar je minder last zou hebben van de golven. Ik was zo blij dat we niet ergens voorin zaten. Vreselijk om daar te zitten. Ik had er echt last van. Maar als het weer even rustig was deed ik mijn ogen weer open. Ik vond het wel leuk. Soms stopte de boot en werd er verteld over de bijzonderheden. 

Een aantal voorbeelden daarvan is een L-vormige rots. Maar ook vogels die op pinguïns lijken. Vooral de cascade rotsen vind ik mooi. De rotsen zijn schuin afgesleten. Het is zacht materiaal dus over 1000-den jaren is het weg. Maar het creëert een optische illusie alsof het water flink omhoog stroomt. Dat zie je erger op de foto dan in het echt. Wel heel vet. In die rots zat met een beetje verbeelding een zeemeermin met algen als staart getekend. Grappig bedacht! We voeren verder richting het zuiden. De omgeving is hier zo waanzinnig mooi. Ik zal dit nooit vergeten. Die ruige kust. In het begin hadden we zoiets van Tasmanië is niet het mooiste onderdeel van het Australië wat wij zien. Maar dit komt toch verdomd dicht in de buurt. Onderweg zagen we albatrossen vliegen. Deze beesten komen alleen hier voor. Ze zijn zo aangepast aan het leven hier dat hun hartslag bijna hetzelfde is als ze rusten op het water dan als ze vliegen over zee. Echt toffe beesten. Ik moest gelijk denken aan die reclame van Yogo Yogo: “Er zit een engerd in het bos met een broodje albatros. Yogo Yogo”. 

Optische illusie: Het lijkt dat het water scheef is, maar het zijn juist de rotsen die scheef staan

Toen we even later weer verder voeren kwamen er dolfijnen. Echt hele mooie. Ze waren grijs aan de bovenkant en wit aan de onderkant. Ik had nog nooit deze grijs-witte dolfijnen in de natuur gezien. Zo geweldig. Rianne kon ze goed vastleggen en ik had ze ook op de camera. Maar uiteraard hebben we ze ook in het echt gezien. Ik vond het geweldig. We voeren verder om de hoogste zeeklif van het zuidelijk halfrond te zien. Dit was een klif van 306 meter hoog. Het was alleen zo jammer dat hij zo snel draaide met de boot. Daardoor kon ik het niet goed zien en Rianne kon geen foto maken. Ook hier weer veel vogels en zeehonden. Rianne en ik vonden de zeehonden niet interessant. Die hebben we in Nederland ook. Hierna was Tasman Island aan de beurt.

Zeehonden die proberen af te koelen door hun vin omhoog te doen

Op Tasman Island staat een vuurtoren. Deze was belangrijk voor de navigatie. Tot in de jaren 70 werd deze door mensen bediend. Om dat te faciliteren was een platform gebouwd in 1906 in Engeland en vervolgens verscheept en in elkaar gezet op Tasman Island. Helaas is het platform nu beschadigd. De kabel die eerst tot zeeniveau liep is ook geknapt door gebrek aan onderhoud. Dat is zonde want het is de nalatenschap van die tijd die nu gedeeltelijk verloren gaat. Er gaan stemmen op om het weer in ere te herstellen. Dat lijkt me belangrijk. Dat maakt het overigens niet minder indrukwekkend. Wat ook bijzonder aan dit eiland is, is dat er 1,5 miljoen vogels op wonen. Erg indrukwekkend. 

We voeren om het eiland heen om de vuurtoren aan de andere kant te bewonderen. De golven waren hier zeer hoog. Ik denk dat we met gemak door de zee een meter of 5 omhoog werden getild. Bij het aangezicht van die golven werd ik wel een beetje bang. Je zakte opeens diep naar beneden en zag de golven voor je gevoel boven je. Maar het ging prima. Ook hier hadden we weer te weinig tijd om die vuurtoren goed te kunnen zien, mede door de hoge golven waardoor het gevaarlijk was. De boot ging met volle vaart richting de haven. Met hoge snelheid voeren we over de zee. Ik vond dit wel fijn want hierdoor hadden we minder last van de golven. Rianne kon niet goed tegen de wind. Net op het moment dat ik een filmpje aan het maken was van Rianne en de terugvaart richtte ik de camera op de zee. Het was op dat moment dat er een dolfijn uit het water sprong. Wat een geluk. Echt tof. Het was ook goed dat wij aan de stuurboord kant zaten. Want op de terugweg had je geen tijd of kans om alles goed vast te leggen.

Het was inmiddels een uur of 1 en we gingen terug naar de auto. Wat een indrukwekkende belevenis dit zeg. Heel erg leuk. Rianne vond het harde varen erg leuk. Ik wat minder behalve op de terugweg. Ik was wel heel blij dat ik het gedaan heb. We aten even snel wat in de auto. Tenminste ik ging mijn fruit eten. Want op de boot had ik daar helemaal geen kans voor. We reden wederom langs de Mussel Boys. Dat was de derde keer vandaag als je de busreis meerekent. We wisten dat we twee opties hadden. Of we rijden via Hobart en weer door de bergen. Bij Hobart zijn wegwerkzaamheden dus daar heb ik geen zin in. De bergen hebben we nu wel gezien dus liever iets anders. En dat andere is langs de kust rijden. Dat lijkt ons ook veel mooier. 

Aan het eind van het onverharde pad kwamen we bij dit mooie uitzicht

Zo gezegd zo gedaan. Wij zijn lekker aan het rijden en opeens zegt de navigatie ga rechtdoor. Rechtdoor? Waar? Er was een onverharde weg. Hoewel ‘weg’. Het was echt vreselijk. In het begin ging het nog wel maar verderop kon je echt niet harder rijden dan 20 kilometer per uur. Rianne was de wanhoop nabij. Ik maakte me geen zorgen. Ik was alleen bang dat als dit nog 100 kilometer door zou gaan dat we in het donker gingen rijden. Maar de auto kan het wel aan. Het is niet voor niets een 4×4. Je zag op de navigatie over 7 kilometer rechtsaf. Dan denk je van ooh dan zijn we er. Weer gewoon asfalt. Maar dat bleek niet zo te zijn. Dan weet je of we draaien om en rijden 8 kilometer terug op die vreselijke weg. Of we gaan verder want lang kan het niet meer duren. Maar het duurde nog wel lang. We hebben denk ik een kilometer of 24 op onverharde weg gereden. En dan ook echt op losliggende afgebrokkelde stenen. Daar moet wel bij gezegd worden dat het laatste en grootste stuk je wel 60 kilometer per uur kon rijden omdat het een zandweg was. Zolang het niet regent prima begaanbaar.

Bounty strand

Wat wel opviel was de prachtige natuur hier. Je ziet hier echt van die bounty-stranden. Wit verlaten en overspoelt door azuurblauw water. Prachtig om te zien. Het grappige moment dat we nog een kilometer of 5 over een zandweg moesten rijden, dachten we, en hij ging ineens over op asfalt. Ik was zo blij. We kwamen terug in de bewoonde wereld. Echt een villawijk, die we hiervoor in Tasmanië niet gezien hebben. Je zag toeristen ons naderen in tegengestelde richting. Wij lachten in ons vuistje. Zo van succes het duurt nog wel even, haha. Die mensen keren al helemaal niet terug denk ik. De route verder richting Coles Bay was prachtig. Mooie natuur. We hebben de westkust van Tasmanië niet gezien maar van wat we tot nu toe wel gezien hebben is de oostkust echt prachtig. Weer heel anders dan de rest. Mooie groene natuur. Afgelegen strandjes en een prachtige zee. Erg mooi. 

Toen we er bijna waren gebeurde er iets vreselijks. We reden achter een verstandig en goed rijdend persoon. Opeens wijkt hij uit. Dan weet je er is daar iets met de weg aan de hand. Dus ik deed zonder dat ik iets kon zien hem na. Ik mistte een Echidna (mierenegel) die de weg overstak. Achter me reed niemand dus hij ging het halen. Maar het tegemoet komend verkeer kon dat beest onmogelijk op tijd zien en ze reden te hard. Later zouden we erachter komen dat hij het niet gered heeft. Eenmaal aangekomen bij de B&B Earls Peak werden we werden verwelkomt door een aardige dame die ons naar de studio bracht. We hebben een mooie kamer en een terras met een mooi uitzicht. Jammer dat het voor één nachtje is. We hebben dat iedere keer. Dan denk je van we gaan elders van de natuur genieten. Bij de accommodaties waar je lang blijft valt het vaak een beetje tegen. Bij de accommodaties waar je 1 nacht blijft is het iedere keer geweldig. Er zat zelfs ontbijt bij. Ze vertelde over de omgeving. Het was erg goed. 

Steven checkt het uitzicht bij de B&B

Toen we de filmpjes en de foto’s op de laptop hadden gezet wilde ik mijn adapter aansluiten. Maar waar ligt dat ding nu? Ik had alles gecontroleerd maar kon hem niet vinden. Uiteindelijk hebben we de Mussel Boys gebeld. Of ze zo’n adapter gezien hebben. “Ja, zegt die.” We zijn nota bene drie keer er voorbijgereden. Zo vervelend dat hij niet even gebeld heeft. Al had hij even een mailtje gestuurd. Dan hadden we nu niet zonder gezeten. Natuurlijk is het onze fout dat we zo snel het huisje verlaten zijn maar dit is wel balen. Hij wilde het gelukkig wel opsturen naar onze volgende accommodatie. Dus dat was even zwaar klote. Laptop uit en alles op de iPad. Er zit hier natuurlijk niets in de buurt waar we dit even kunnen regelen. Helaas. Hopelijk komt het een beetje snel aan, als het aankomt. We vielen daarna in een diepe heerlijke slaap.

18-01-2019 – Port Arthur

Geschreven door Steven

We hadden wel lekker geslapen. Vandaag gaan we naar een plek nabij Port Arthur. We gaan daar een boottocht doen. We moesten ons flink haasten om op tijd het huisje te verlaten. Het is wel vervelend dat je telkens om 10:00 eruit moet zijn. Als je elke dag vekast heb je een bepaalde discipline. Maar toch kost het elke keer veel tijd. Je gaat douchen, ontbijten en alle opladers weer terug doen. Dat zijn er een hoop. Soms laad ik USB-accu op. We hebben in principe 3 camera’s bij ons waar soms de accu’s van leeg gaan. Je hebt dan ook laptop, een iPad en de telefoons. Het is veel werk. Je moet je vuile was inpakken en zorgen dat de koffers nog dicht gaan. Dan moet je zorgen dat alles in de achterbak kan met een dichte cover. Een heel gedoe. 

Toen we op tijd weg gingen naar Port Arthur waren we eigenlijk wel blij dat we de bosbranden achter ons lieten. Je zou met gemak 3 dagen kunnen besteden aan Mt. Field. Maar we zijn blij dat we dat niet ingepland hadden. Dat was echt een bittere pil geweest. Je hebt niet veel anders te doen in die plek. Ik vind dit deel van Australië en Tasmanië in het bijzonder niet echt mooi. Er zitten veel dorre stukken tussen. Eenmaal op de rijksweg in de buurt van Hobart wordt de natuur wel wat groener. Toen we in Hobart waren gingen we van de rijksweg af. We konden nog niet in het huisje dus hadden we wat tijd over. We reden langs een buurt met Royal Botanic Gardens Hobart. Aangezien de tuinen in Sydney zo mooi waren had ik wel zin om even te kijken. Het was een uur of 12 en het was echt heel heet. Rianne voelde zich niet zo top en was bang dat ze helemaal ging verbranden. We hebben besloten om toch verder te rijden.

Tussenstop bij zandbanken waar we even op gelopen hebben

Wat opvalt is dat de gratis navigatie die we gebruiken van Maps.Me echt slecht is. Hij stuurt ons over wegen waar we niet overheen willen rijden zoals onverharde wegen. Daarnaast vertelt hij de laatste 300 meter dat we 4 banen op de rijksweg moeten oversteken. In dit geval zegt die ‘houdt links aan’ terwijl het rechts moet zijn. En zo mis je de oprit naar de Tasman Bridge. Deze brug is echt heel hoog. Maar goed dan moet je dus gaan draaien op de snelweg. Echt vreselijk. Gelukkig heb je niet al te ver een plek om af te slaan. Maar het blijft vervelend. De rit op de brug zelf was wel grappig. Ik vond het tof. Eenmaal aan de overkant mag je een stukje verder weer 100 km/h. Je ziet de dode dieren overal liggen. Dat vinden wij echt zo vreselijk. Ja, je mag 100 rijden maar doe gewoon lekker rustig als je niet de hele weg kan zien. Het is zo’n zinloos verlies van leven. Het doet een beetje pijn om al die kapot gereden dieren te zien liggen. Misschien dat de lokale overheid die beesten ook zo lang laat liggen om mensen te wijzen op de gevaren van te hard of vooral je aan de snelheid houden waar dat niet verantwoord is. 

We kwamen aan bij het huisje in de buurt van Port Arthur. Wat een uitzicht. We kijken uit op een baai en er is een mooie tuin. Het lijkt wel of hier geen waterleiding zit. Want alle huisjes zijn voorzien van een grote waterton. En met groot denk ik echt duizenden liters. De accommodatie waar we nu zitten heet the Mussel Boys. Het wordt gerund door 2 mannen die naast de huisjes ook een plaatselijk restaurant hebben. We mochten het huisje in en deden gelijk een wasje. Fijn om eindelijk even een wasmachine te hebben waar je de noodzakelijke dingen kan wassen. We spanden een waslijn van het bad tot aan de deur en hingen daar wat dingen op. Verder hingen we in de kledingkast wat T-shirts op. Het is even behelpen maar dan heb je ook wel wat. We reden daarna naar de Unzoo.

De Unzoo is een dierentuin die geen dierentuin genoemd wil worden. Volgens hen zijn er een aantal wezenlijke verschillen waaronder dat ze geen dieren uit het wild halen en geen wetenschappers in dienst hebben. De dieren leven niet in kooitjes (wat niet waar is) dus mensen kunnen er gewoon tussen lopen. We kwamen binnen en er begon gelijk een “presentatie” van de Tasmaanse duivels. We wilden deze dieren eigenlijk in het wild zien, maar dat is gewoon niet mogelijk als je zo weinig tijd hebt. Dus dan maar naar The Next Best Thing. Die beesten zijn dus gewoon helemaal blind overdag. Ze zijn zo gewend aan het leven en jagen ’s nachts dat ze overdag gewoon niets zien. Echt leuke dieren. De presentatie bestond uit het voedden van de dieren. 

Roze Kaketoe

Daarna was er een vogel presentatie. Dat vond ik heel leuk. De vogels zijn gegeven aan de dierentuin. Dus ze zijn niet uit het wild gehaald en gedomesticeerd. Het is een mooi streven. Ze hebben de dieren goed onder controle. Vooral de laatste vogel een kaketoe was echt heel ongeduldig. Dat beest zat de hele tijd tegen zijn kooitje aan de schoppen. Ik heb me kapot gelachen. Hij kon dansen en muntjes uit mensen hun hand nemen en weer terugbrengen. Ik vond dat echt een leuk gedeelte van de dierentuin. Zeker het verhaal eromheen.  Zo mocht je de vogels ook voeren. Rianne kreeg een paar zonnebloempitten in haar hand en de grote parkieten kwamen dat dan uit haar hand eten. Daarna gingen we naar de kangoeroes. Dat was wel echt minder voor Rianne. Het was onnatuurlijk.

De reden dat het onnatuurlijk was, had te maken met dat kinderen ernaast gingen liggen en ze aaiden. Ze zaten zelfs aan de baby kangaroe die nog in de buik van de moeder zat. Die beesten horen dat niet te accepteren. Het is gewoon heel onnatuurlijk. Ik begrijp best dat dit een manier van leven of in ieder geval kijk op het leven kan zijn. Maar het is gewoon niet normaal. Ik denk dat de respectloosheid van mensen mij nog wel het meeste stoorde. Stel je voor dat een kleine kangoeroe je probeert te drinken en kinderen verstoren dat. Dan heb je gewoon geen respect voor dieren of de natuur. Ik stoorde mij daar heel erg aan en Rianne werd er boos van. Daarna hebben we nog kort een presentatie bijgewoond van een Albino Possum. Dat vond ik niet boeiend en Rianne pakte haar moment (liep weg) om de kangoeroes even op de foto te zetten. De vacht van de kangaroes zien er ook slecht uit. Je ziet gewoon dat deze niet wild zijn.

Pademelon met een kleintje in haar buik

We reden hierna door naar the Mussel Boys en hebben daar een heerlijke steenoven pizza gegeten. Het was weer een hele leuke dag vandaag. Nu lekker slapen in het grote bed.