Geschreven door Steven
Vandaag breek de laatste dag aan dat we wat doen in Australië. Ik vind dat jammer. Ik ga dit echt missen. Het reizen en het zien van mooie dingen. Het niet hebben van verplichtingen is echt heerlijk. Ik zou willen dat het altijd zo was maar binnenkort begint het echte leven weer. Iets waar ik geen zin in heb. Het is zoveel leuker op vakantie. We stonden op en gingen naar het ontbijt. We hebben echt veel betaald voor dit ontbijt. 35 AUD p.p.p.n. en dat vind ik veel. Dus dan verwacht je ook wat. Er stond Griekse yoghurt met veel verschillende soort fruit. Dat was lekker. Ik zei tegen mezelf:” Als dit het maar niet is”. Bea vroeg hoeveel geroosterd brood we wilden. Ik zei: “4 slices in total”. Hoe ik mij ei wilde? Doe maar roerei. Dat werd lekker met champignons en bacon gemaakt. Het was echt heerlijk. Toch was het ontbijt bij Intercontinental Sydney nog altijd beter.
We vertrokken vroeg richting MacKenzie Fall’s. Dit is de publiekstrekker van de Grampians. We parkeerde de auto in de schaduw en liepen naar beneden. Het was een ongeveer 34 graden. Echt ongelooflijk heet. Ik had mijn regenjas weer aan want ik was nog steeds vrij rood. Eigenlijk heel erg rood. Het waren 260 steile treden. Dat klinkt goed zeg. Je ziet dan echt mensen naar beneden vliegen maar wij doen het rustig aan. Het was een flinke daling. Ik dacht alleen maar, straks moet ik weer naar boven maar goed. Eenmaal beneden was het ook echt prachtig. Ik denk één van de mooiste watervallen in Australië tot nu toe. In het midden van de rivier lagen rotsen die vrij glad waren. Rianne zag af van de oversteek. Ik heb er nog wel gestaan. De zon stond alleen heel laag waardoor je niet heel goed foto’s kon maken. Het vocht kwam je ook tegemoet dus het was sowieso lastig om iets te schieten. Al had Rianne overgestoken dan had ze nog niet echt mooie plaatjes kunnen schieten.
Ik ging weer terug en we maakten wat selfies. Toen zag ik Indiërs eigenlijk naast de watervallen staan waar ik net ook had gestaan. Daar was het nog donker dus dan kijk je niet zo tegen de zon in. Ik dacht:” Shit daar had ik ook wel willen staan maar het is niet makkelijk om over de rotsen te gaan”. Rianne was bezig met de waterval goed vastleggen dus ik heb toen toch besloten om alsnog naar de overkant te gaan. Langs die steile zijkant was het zo glad. Een aardige Indiër vertelde mij dat ik in het midden moest lopen. Je instinct zegt dit niet te doen omdat het dichter bij het water is. Maar hij had wel gelijk. Dus ik ben daar toch gekomen. Het was echt een heel mooi gezicht. Ik was zo trots op mezelf. Je kunt het niet overdoen. Ik liep weer terug en eigenlijk vielen de stenen wel mee. Je moet gewoon niet bang zijn om over te steken. Sommige mensen lopen zonder na te denken naar de overkant. Dat is ook mijn probleem. Je denkt erover na en dan gaat het mis. Bij mij ging het overigens gelukkig niet mis.
Nu begon de klim naar boven. Die hebben we in etapes gedaan. Het is warm en het zweet staat je snel op de rug. Daarnaast krijg Rianne gewoon last van haar kuiten. Dit is gewoon iets waar ze niets aan kan doen. Dit lipoedeem maar het er gewoon niet makkelijker op. In tegendeel. We zagen sommige mensen naar beneden lopen en die haalde ons weer in naar boven. Echt bizar. Toen we uiteindelijk boven waren zagen we dat de auto inmiddels in de volle zon stond. Niet fijn want ik had het al zo warm. We zaten even in de auto op temperatuur te komen. Mensen wilden heel graag ons parkeerplekje. We ware er als één van de eerste dus hadden een plek dichtbij. Maar we gingen even rustig chillen. We hoorden een scherp raar geluid. Rianne dacht dat het de auto naast ons was. Opeens zag ik mensen achter mij staan. Ze pakten hun auto helemaal uit. Allemaal dekens en weet ik veel wat voor troep. Rianne was bang dat ze tegen ons aangereden waren. Maar dat was niet het geval. Ze hadden een lekke band. Ik vroeg aan de vrouw van het gezelschap hoe dat heeft kunnen gebeuren. Maar haar echtgenoot zei boos dat ze op moest schieten. Die auto stond op z’n velgen. Dat was dus het geluid. Ik zou ook boos zijn dat dit gebeurd. Ik wilde nog helpen maar dat werd niet gewaardeerd.
Enfin wij reden weg richting Mt. William. Het oorspronkelijke idee was om vandaag ook de Grand Canyon tocht te doen. Maar die gaat 600 meter omhoog dus we besloten daarvan af te zien. We waren eigenlijk al redelijk naar de klote. De weg naar Mt. William was heel bochtig. We gingen helemaal naar het dal en toen klommen we 1.167 meter omhoog. Gelukkig doet de auto het zware werk. Toen we eenmaal boven aankwamen liep er een weg redelijk stijl omhoog. Op de navigatie leek het te gaan om een betrekkelijk kort stuk. Ik trok mijn regenjas weer aan maakte de cameratas gereed. Dat wil zeggen statief erop en 1 klein flesje water erin en een flesje van 600 ml aan het statief vast. Even een kort tochtje naar boven dachten wij. Wat een vreselijke miscalculatie van ons. Het pad bleek 210 meter omhoog te gaan. Moet je even voorstellen dat je ruim de Euromast omhoog loopt. Daarnaast was het ongeveer 2,1 kilometer lang. We hadden al een heel stuk omhoog gelopen bij de falls.
Het was zo heet. Rianne kon echt niet meer. Ze moest vaak rusten. Ik had nog wel genoeg energie. Ik maakte me ernstige zorgen over het welzijn van Rianne. Ze was uitgeput. We hadden te weinig water bij ons. Rianne had geen pet bij zich en geen jas tegen de intense UV-kracht. Daarnaast pleegde ze roofbouw op haar lichaam. Ze vroeg gewoon teveel ervan. Ik heb maar een klein beetje gedronken. We hadden in de auto nog water liggen. Maar ik wilde water achter de hand hebben voor als Rianne om zou vallen. Er waren weinig plekken met schaduw. We deden dit op het heetst van de dag. Allemaal factoren die een catastrofale uitkomst konden hebben. Ik verwijt het mezelf dat ik niet eerder de tocht heb afgekapt. Er waren maar weinig plekken om even te rusten. Daarnaast werden we nog steeds belaagd door vliegen. Ik heb meerdere keren aangeboden om te stoppen. Maar ik had het niet als optie moeten geven maar als eis. Hier heb ik in ieder geval wel van geleerd.
Het uitzicht onderweg naar boven was wel echt prachtig. Rianne had op het bord gisteren een mooie foto gezien van het uitzicht dat je zou hebben bovenop de berg. Dus toen we eindelijk boven dachten te zijn viel het uitzicht zwaar tegen. We liepen in op een onverhard stuk weg. Ik was het laatste stukje even omhoog gelopen om te kijken of er bij de zendmast/energiecentrale een pad was. Dat zag ik niet van een metertje of 20. Toen ik weer terug naar beneden liep was Rianne ineens een stuk opgeschoten. Eerst dacht ik iemand anders te zien. Het asfalt was zo heet dat het beeld vervormde. We waren zwaar teleurgesteld. Ik hield me de hele tijd voor dat het afdalen zoveel makkelijker zou zijn. Ik keek nog eenmaal op mijn navigatie en zag dat we toch naar de centrale moesten. Ik hield mijn telefoon uit omdat ik bang was zonder stroom te zitten. Ik was mijn laadsnoer vergeten. We besloten de laatste 17 meter omhoog te klimmen. Nu was het uitzicht daar wel mooier maar min of meer hetzelfde als halverwege het traject. Dus we hadden dat hele klote stuk niet eens omhoog hoeven lopen. Die conclusie was zo vervelend. De realiteit dat als ik het eerder had afgekapt, we niets hadden gemist zat me erg dwars.
Over het omhoog gaan hebben we bijna 2 uur gedaan. Het afdalen ging wel sneller maar niet heel snel. Het kostte nog ongeveer een uur voordat we bij de auto waren. Onderweg kwamen we weer indiers tegen. Die gingen het niet halen. Het eerste stuk is vrij steil. Ze vroegen na de eerste 100 meter al of ze er bijna waren. We hebben de waarheid maar gezegd. Eenmaal terug in de auto stond deze weer vol in de zon in plaats van in de schaduw. Ik had verwacht dat ik goed zou staan. Ook kwam ik erachter dat ik niet zo heel veel meer water meer had. Wel genoeg om de ergste dorst te lessen. We reden zonder navigatie naar Halls Gap. De afdaling was ook zo mooi. Het uitzicht op de bergen is prachtig. Onderweg kwamen nog een aantal gestoorde mensen tegen die dachten dat alle overige mensen allang allemaal dood waren. Eenmaal in Halls Gap was het uitgestorven. Dat had twee redenen. Als een feestdag (Australia Day) in het weekend valt krijg je de maandag daarop vrij. Dat is compleet ondenkbaar in Nederland maar hier is dat normaal. Dus de meeste zaken waren gesloten. Gelukkig was de supermarkt open. Wel geplunderd maar wel open.Even overwogen we om een pizza te gaan eten in de tent die Bea had aangeraden. Maar daar zagen we vanaf. Ik heb noodles gekocht en Rianne at een ijsje. We zijn wel heel trots op onszelf dat we zo veel gedaan hebben. Ik heb de work-out ringen van mijn Apple Watch bijna 4 x gevuld. Dat is best een prestatie. Ik was met name trots op Rianne. Dat ze doorgezet heeft tot het bittere einde. Ze is beslist geen opgever. We gingen terug naar het huisje. Daar zagen we nog een kangoeroe. Wat ik nog vergeten te vertellen ben was dat we ook nog een slang hebben gezien bij het afdalen. Ik schrok me kapot. Het was maar een kleintje maar ik had het niet verwacht. Dat beest was waarschijnlijk banger van mij dan ik van hem, hoewel? We douchten even. Ik heb me kapot gezweten maar was ondanks mijn regenjas volledig verbrand. Het was echt vuurrood. Hoe kan dat godverdomme? Dan had ik net zo goed zonder jas kunnen lopen. Ik was zo boos. Voor niets heb ik het zo warm gehad. Maar Rianne had een goed idee. We hebben een komkommer in de koelkast. Ze deed dat op mijn huid. Mijn armen en gezicht. En zowaar het helpt. Mijn armen zijn een stuk verbeterd. Ik had dat echt niet gedacht. Daarna hebben de reis voor morgen gepland en zijn we gaan slapen.