Geschreven door Steven
Rian en ik hebben allebei erg goed geslapen. De was hing boven ons hoofd te drogen en de kaketoes waren aan het blèren maar daar hebben we helemaal niets van meegekregen. Het ontbijt was karig. Gelukkig wisten we dit van tevoren en we hadden dus proviand ingeslagen. Verder was het een heel behoorlijke accommodatie. Vandaag staat een lange dag voor de boeg. We moeten zo’n 400 kilometer afleggen en gaan daar ongeveer 7 a 8 uur over doen. Onderweg komen we een aantal bezienswaardigheden tegen. We gaan naar het hotel Seahorse Inn. Dit hotel heeft vooraf laten weten dat de airco kapot is. We krijgen korting een ventilator. Hopelijk valt het weer mee. Hier is het koel en nat dus dat biedt perspectief op een goede nacht. We smeerden de broodjes en ik kookte nog even een eitje voor onderweg. Ik had veel fruit en groente bij me om tussendoor te eten. We waren goed voorbereid.
We reden weer over die Seacliff Bridge en het was weer even mooi als daarvoor. Het landschap heeft echt iets moois. Hoewel niet uniek, ik denk dat dit ook in Ierland of Noorwegen te vinden is, blijft het voor mij waanzinnig mooi. Normaal vind ik rijden gewoon niet leuk. Hier is dat anders. Elke keer dat je weer opnieuw omhoog gaat en die prachtige bergen en dalen ziet met dikke bossen of juist open vlakten, het is gewoon iedere keer een verrassing. Het een is nog mooier dan het andere. Ik heb echt genoten van de rit naar Mogo. Mogo is een plaatsje waar tijdens de goudkoorts pioniers woonden en goud wonnen. We hadden van tevoren uitgezocht waar we allemaal gingen stoppen. Na ongeveer 3 uur rijden waren kwamen we daar dus aan.
Wat gelijk opvalt is wat mij betreft dat dit een beetje fake is. Fake Town zoals Donald Trump zou zeggen. Het zullen vast originele huisjes zijn maar de borden en de aankleding van de huizen zijn gewoon niet origineel. Verder is er eigenlijk gewoon niet zoveel te doen. Toen we in een winkel liepen zei Rianne:” Het lijkt wel of je in een kringloopwinkel loopt”. Dat gevoel heb je echt. Er een stond een goede koffietent. Dat was eigenlijk het enige goede. Rianne en ik liepen nog een stuk omhoog. We konden daar een bos in. Dat hadden we eigenlijk beter niet kunnen doen. Er zaten slangen en heel veel insecten. Toen ik achter Rian liep zaten er wel 5 muggen op haar kont. Op een gegeven moment raakte ze een beetje in paniek en viel ik met mijn schoenen in de bagger. Maar we hebben een Bushwalk gemaakt van 250 meter. Ik heb lekker mij koffie gedronken en we hebben wat gegeten in de auto.
Wat mij opviel als we langs de auto’s lopen is dat elke staat zijn eigen slogan op de kentekens zet. Ik heb ze even allemaal genoteerd:
– Queensland – The sunshine state
– Victoria – The education state
– ACT (Australian Capitol Territory) – The heart of the Nation
– Tasmania – The natural state
– Western Australia – State of Exitement
– South Australia – The festival state
– New South Wales – The premier state
We reden verder richting Narooma. Hier is een opening in de rots die de contouren van Australia heeft exclusief Tasmanië. Onderweg kwamen we weer prachtige landschappen tegen. Onwaarschijnlijk mooi. Soms lijkt het wel of je op je kop reed vanwege de wolken. Als je dan omhoog reed had het iets weg van de oceaan. Het was bijna psychedelisch. Eenmaal aangekomen in Narooma konden we de auto makkelijk kwijt. We liepen naar beneden. Het uitzicht was weer wonderschoon. We hoopte op op de afwezigheid van Chinezen. Maar dat leek ijdele hoop. De Australian Rock was wel echt heel mooi. Het lijkt inderdaad heel erg op Australië. Erg leuk om te zien. Toen we verder liepen richting een pier zagen wij de woeste zee. De kustlijn was mooi. Dit land heeft zoveel te bieden qua natuur. We hebben veel foto’s gemaakt bij de pier. Rianne zei toen:”Al hadden we niet alles van tevoren vastgelegd dan had ik hier graag wat langer gebleven”. Zo denk ik er ook over.
Bij het teruglopen naar de auto zagen we ineens robben of zeehonden liggen. Dat was ook eigenlijk de reden dat we de pier opgelopen zijn, initieel. Ik vond het wel leuk maar het was allemaal niet zo bijzonder als wat we allemaal nog meer meegemaakt hebben. Want als je naar de achtergrond kijkt is die veel bijzonderder. Zeehonden of robben hebben we in Nederland ook.
We hebben onze reis weer vervolgd. We kwamen onderweg een tweetal narrow (smalle) bruggen tegen. Toevallig kwamen er beide keren een vrachtwagen tegemoet. Niet fijn maar wel spannend. Rianne heeft doodsangsten uitgezeten. Toen we eenmaal aangekomen waren in het hotel leek het eerst wel goed. Het was niet te warm in de kamer. Alleen het plafond is erg laag. Heel erg laag. Ik heb tig keer mijn hoofd gestoten tegen lampen, sprinklers en rookmelders. We zitten op een soort van zolder. Het bed is prima maar ik moet de hele tijd gebukt staan. Dat is niet best voor je rug. Dit is niet een kamer die gemaakt is voor Hollandse mensen. Maar we hebben niemand boven ons. We hebben wel medelijden met de mensen onder ons.